Duurzame vis en een duurzame haven

30 Januari 2014

  Onlangs bereikte ons het droeve nieuws dat jaarlijks driehonderd ton vis uit de Noordzee moet worden weggegooid. Dat is om zeer veel redenen spijtig. Sowieso is het een verspilling als voedsel wordt weggegooid. Maar hier hebben we te maken met kwaliteitsproducten van zeer nabij, rode poon, pladijs, zeepaling etc. In onze tijd waar we zoeken naar oplossingen voor het klimaatprobleem is 300 ton verse vis die we wel zouden verbruiken een méérvoudige quick win. Dit voedsel kan in de plaats komen van voedsel met een grote voetafdruk door verre transporten in diepgevroren omstandigheden. Ondertussen versterken we de lokale economie, in het bijzonder de visserij,  versterken we ons culinair imago als stad met eigen producten en dat terwijl onze voetafdruk daalt!   Velen uit heel verschillende hoeken in Brugge en Vlaanderen hebben dit begrepen.   Zo zijn er de Northsea Chefs. Een aantal klasbakken uit de keuken die duurzame vis willen promoten en onbekende soorten op de kaart willen zetten. Zodat de 'bijvangst' toch nog op het bord beland.   Ook de Vlaamse Visserij Vereniging wil de onbekende soorten verder promoten. Ondertussen zal Visgro, de organsatie van Visgroothandelaars een dag van de Vlaamse vis organiseren en willen ze met initiatiefnemer Maarten DuBois een academie oprichten voor visfileerders en verwerkers (een goede manier om lokale werkgelegenheid te creëren want nu wordt dit vaak uitbesteed in het buitenland). Ze willen ook een Zeebrugse vissoep ontwikkelen als streekproduct met de goedkope soorten.       Kortom: als we vis eten, is dat idealiter een verse vis uit de Noordzee die lokaal werd verwerkt of gefileerd. Dit lijkt de logica zelve en velen willen mee aan de kar duwen om dit te verwezenlijken.       Niet zo de haven van Zeebrugge. Die doet het omgekeerde. Onze haven kiest men er voor om onduurzame ingevroren pangasius te importeren. Laat ons kort zijn hierover en stellen dat dit verre van een duurzame keuze is. Er zijn vragen bij de kwaliteit van de vis, er zijn vragen bij het economisch model achter de pangasius industrie, er zijn vragen over de effecten op het ecosysteem van Mekong-Delta, er zijn vragen over de noodzaak om voedsel over zo'n afstanden te transporteren.       De haven lijkt hier de handelen als een cynische cijferfetisjist die enkel volumegroei op het oog heeft. Los van het feit of die groei nu schadelijk is of niet. Enigszins ridicule uitspraken als dat de vis geen concurrentie is voor Zeebrugse vissers om dat het om bevroren vis gaat zouden beter achterwege blijven in de toekomst. Zeker als ze gedaan worden op een evenement als week van de smaak, dat is pas cynisch. Vis geïmporteerd aan dumpingprijzen vernietigd sowieso de lokale markt en niet enkel de onze. Of kan het ons havenbestuur niet schelen wat er buiten onze zandbak gebeurt?       Ik heb twee vragen aan het bestuur:       1. Zal de stad in de toekomst initiatieven om onbekende, lokale noordzeevissoorten te promoten opzetten of ondersteunen? Er zijn hiervoor veel mogelijkheden. Ik denk maar aan wedstrijden voor de kokscholen op ons grondgebied, een themavis voor kookeet, een kookboek meet streekproducten, het aanbieden van streekproducten en steekvis op officële gelegenheden, komt er ondersteuning voor de visacademie, promoot de stad mee de Zeebrugse vissoep etc. Dat soort zaken hoeft allemaal niet veel geld te kosten.       2. Zal de Burgemeester als havenbestuurder een charter opstellen voor duurzaam havenbeleid, waarbij onduurzame asociale keuzes zoals de pangasius import in de toekomst niet meer zullen kunnen. Zal de burgemeester zich inzetten om de pangasiusimport terug te schroeven?