Herziening Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Brugge (Tussenkomst 27-01-2015)
28 Januari 2015
De gemeenteraad moet stemmen over het opstarten van de herziening van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Brugge. Deze herziening is nodig, dat begrijpen we, gezien het vorige GRS toch al van 2006 dateert, maar we zijn met Groen Brugge wel op onze hoede. We zijn voorzichtig omdat herziening van beleid over ruimtelijke ordening en de daaraan gekoppelde ruimtelijke plannen tot heden altijd inhoudt dat er extra open ruimte zal verdwijnen. De schepen pakt ook uit met participatie-project om tot een nieuw GRS te komen. Daar hebben wij zeker oren naar, maar ook hier zijn we op ons hoede.Als er zo’n traject afgelegd wordt, is het belangrijk dat alle relevante aspecten mee in het bad getrokken worden. Met als absolute basis de duurzaamheidsvereisten. Ruimtelijk beleid mag niet gaan over het bevredigen van behoeften zonder meer. En laten we wel wezen: dàt is wat de voorbije decennia steevast is gebeurd. Het aansnijden van open ruimte als politiek middel om belangengroepen gratuit te bedienen, is niet meer van deze tijd.Toch is dat te vaak het geval geweest en het ziet er niet naar uit dat deze trend gekeerd zal worden. Nochtans zijn de wetenschappelijke en beleidsaanbevelende rapporten duidelijk: Vlaanderen is problematisch volgebouwd en verdicht en het beleid moet dringend van spoor en richting veranderen. Daarom wil ik nu twee documenten naar voor schuiven die hun inspirerende plaats verdienen in dit traject. Het expertenadvies van Bogdan & Van broeck Architects en de universitaire studie “Bomen en bossen als motor van economische ontwikkeling” van Muys & Verheyen.Om te beginnen: het expertenadvies van Bogdan & Van broeck Architects uit 2014 onder de titel “Sensibilisering bouwcultuur en ruimtelijk rendement”. Uit dit advies blijkt onder meer dat sensibilisering kan bijdragen aan een zorgvuldiger gebruik van de ruimte en om meer te doen met de ruimte die in het verleden al bebouwd is geweest. Dit zal een belangrijk en noodzakelijk facet zijn! Beleidsmakers denken vaak en snel dat de burger niet wakker ligt van open ruimte. Maar met Groen Brugge hebben we al enkele keren actie gevoerd voor het behoud van open ruimte, zijnde natuur- en landbouwgrond, en keer op keer bleek dat de burger wel degelijk begaan is met dit thema. Het volbouwen van deze bilk of dat stik raakt mensen veel dieper dan dat je op het eerste zicht zou vermoeden. Daarom willen we een warm pleidooi houden om de oefening tot een nieuw ruimtelijke beleid te doen vanuit het idee om een moratorium uit te vaardigen op het aansnijden van nieuwe open ruimte. Brugge heeft nog open ruimte die zo aanvoelt: laten we beseffen dat dat een troef is! In de intentienota wordt een beetje dubbelzinnig gedaan. Dat kan ook niet anders: de schepen wil geen voorafnames doen aan het participatietraject, maar heeft anderzijds ongetwijfeld al plannen gemaakt. Laat er mij enkele uitlichten.Chartreuse: als men denkt dat het invullen van bvb. Chartreuse als site voor hoogwaardige diensten de oplossing is om met jobs het wegtrekken van jongeren uit Brugge tegen te gaan, raad ik de studie van Muys en Verheyen (respectievelijk van de KUL en de UGent) aan.Ik citeer deze professoren over Vlaanderen: “Wanneer je opgroeit in een smerig nest merk je de lelijkheid niet meer, maar potentiële buitenlandse investeerders en hun expats wenden zich des te meer af”. “Het gebrek aan groen in Vlaanderen is van die aard dat het onze economie schade berokkent.” Beiden professoren pleiten “in het belang van welvaart en welzijn in Vlaanderen voor een beduidend hoger niveau van ambitie met betrekking tot groenvoorziening.”Brugge heeft volgens beide professoren op dit moment een sterke troef om nieuwe economie aan te trekken. Namelijk: de groene gordel rond Brugge en wel als gebied van natuur en open ruimte! En het is des te ironischer dat net deze ruimte bij wijze van antieke politieke beleidsvisie op de tocht komt te staan en dreigt gebetonneerd te worden tot economisch centrum. Gaan we echt deze troef voor natuur en economie in Brugge uit handen geven? Daarnaast zijn we ook extra voorzichtig ten aanzien van de site Blankenbergsesteenweg. Gaan we waarlijk toelaten dat zo’n grote hap wordt genomen uit onze landbouwgrond? Nota bene van de beste landbouwgrond die er is. En wel om een voetbalstadion op te plaatsen? Terwijl de site Jan Breydel door de Vlaamse bouwmeester al werd naar voor geschoven: samen met een flankerend mobiliteitsplan met randparkings en shuttles blijft dit nog altijd de beste piste voor ons voetbal, voor beide ploegen n.b..En wat gaan we doen van toegiften ten aanzien van de Vaartdijkstraat? De ideale “groene spaak”, de groene verbindingsas om duurzame mobilteit te promoten van en naar Oostkamp en Sint-Michiels? Of gewoon een autoweg tussen vele andere? Verder moet er volgens ons ook dringend werk gemaakt worden van volgende vragen. Hoe ziet men de samenwerking tussen de verschillende overheden? Hoe ziet met de samenwerking met omliggende gemeenten rond verkavelingen, mobiliteit, bedrijventerreinen, enz. Nu treden gemeenten al te vaak simpelweg in concurrentie met elkaar als het aankomt op verkavelingen of bedrijventereinen: elke gemeente moet er één hebben. Met onze open ruimte als grote dupe. Laat mij voorlopig besluiten met een oproep aan alle betrokkenen in dit debat. Laten we niet doen alsof een stuk grond, een stuk open ruimte geen waarde heeft. Open ruimte is niet waardeloos. Laten we creatief zijn met de ruimte die we tot heden al inpalmden. Dat is al veel. Nieuwe ruimte aansnijden is tè gemakkelijk. En met Groen Brugge roepen we op om de uitdaging aan te gaan: laten we onze nieuwe noden tot ontwikkeling bevredigen binnen de ruimtelijke grenzen van onze stad op dit moment. Bruno MostreyGemeenteraadslid