Van burgervader naar burgerbompa

06 Mei 2013

Het Brugse stadsbestuur heeft recent besloten om de organisatie van Polé Polé Beach voor hun editie van 2012 slechts een vergunning te geven tot 02.00u Â’s nachts i.p.v. 04.00u, zoals op de vorige editie het geval was. Met dit scenario voor ogen is het voor de organisatie niet langer houdbaar om het festival in Zeebrugge te laten plaatsvinden en ziet ze zich dan ook genoodzaakt om andere oorden op te zoeken. Dit is opnieuw de zoveelste ontgoocheling voor elke jonge Bruggeling die van zijn stad een bruisende en dynamische stad wenst te maken, een stad die niet alleen hoeft te teren op zijn rijke geschiedenis, maar ook vandaag nog voldoende attractief is voor zijn jonge burgers en hen de ruimte biedt om zich creatief te ontplooien. Als één van de hoofdredenen voor het inperken van de vergunning wordt overlast opgegeven. Tijdens de editie van 2011 werden namelijk op een totaal bezoekersaantal van 35.000 maar liefst 12 ‘relschoppersÂ’ opgepakt, goed voor een alarmerende 0,03%! Dit belachelijk lage percentage wordt onmiddellijk geëxtrapoleerd naar het type bezoeker van het festival. “Op vrijdag- en zaterdagavond wordt doorgaans dancemuziek gedraaid en dat heeft weerslag op het soort bezoekers en de sfeer van het festival. De combinatie van dancemuziek, een hoog drankgebruik en vermoedelijk dito middelengebruik creëert een sfeer van overlast waar agressiviteit nooit ver weg is.” dixit burgemeester Patrick Moenaert. Wat mij hier vooral voor de borst stoot is het ‘vermoedelijk dito middelengebruikÂ’.“De burgemeester vindt het kennelijk niet nodig om deze harde stelling te staven met cijfers of feiten. Nee, de aanwezigheid van ‘dancemuziekÂ’ impliceert op zichzelf dat er sprake is van een hoog drank- en drugsgebruik. Het is natuurlijk een ziekte  van alle tijden, muziekgenres die gelijkgesteld worden met de muziek des duivels, een pertinent gevaar voor de jeugd!” zegt Benny Claeysier, kandidaat voor Groen in oktober. Als zelfverklaard bluesliefhebber weet de burgemeester ongetwijfeld dat de profane blues in zijn begindagen eveneens als gevaarlijk werd afgeschilderd door de conservatieve goegemeente. Idem voor jazz, rockÂ’nÂ’roll, rock, funk, hip hop,... Daarnaast velt de burgemeester met zijn stelling eveneens een artistiek oordeel over het festival, dat is niet alleen niet de taak van een politicus, maar hij geeft duidelijk blijk van een gebrek aan kennis ter zake. “Niet alleen is ‘danceÂ’ immers een kleurrijk lappendeken dat een brede waaier aan stijlen omvat. Ook binnen de niche van de Afro-Latijnse en de Caraïbische muziek hebben zich de laatste jaren zoveel nieuwe  trends doorgezet, dat er vandaag een enorm verschil is tussen de son cubano van de oudjes van Buena Vista Social Club en de reggaeton van hun jonge landgenoten Gente de Zona, of de traditionele cumbia van Celso Piña en de cumbia nueva van Bomba Estéreo. En dan zwijgen we nog over de oneindige kruisbestuivingen met andere genres.” zo vervolgt Benny Claeysier. “Een organisatie als Polé Polé speelt handig in op dergelijke nieuwe trends en kruisbestuivingen om ook een jonger publiek aan te trekken voor hun profiel. Dat hier commerciële belangen bij meespelen, staat buiten kijf. Het festival moet in de eerste plaats rendabel zijn. Maar in zijn geschiedenis heeft de organisatie getoond een gulden middenweg te hebben gevonden tussen enerzijds het traditionele luik en de eerder vernoemde nieuwe en ‘hippeÂ’ genres.” Als resultaat krijgen we zowel letterlijk als figuurlijk een kleurrijk festival, waar het voor zowel jongeren als ouderen aangenaam toeven is. Een feestelijke ontmoeting over de generatiegrenzen heen, die we helaas veel te weinig zien op andere festivals en eigen is aan de niche van de “wereldmuziek” waarbinnen Polé Polé zich profileert.“Vanuit een waaier aan vooroordelen lijkt de negatieve visie ten aanzien van jongeren of hedendaagse cultuuruitingen op voorhand al vast te staan bij ons conservatieve stadsbestuur. Dat staat haaks op het open imago dat een stad als de onze nodig heeft om jongeren zich welkom te doen voelen in Brugge. De maatregel gaat ook lijnrecht in tegen de veelzijdigheid die een stad nodig heeft om creativiteit te stimuleren,” aldus Sammy Roelant, “onze stad lijdt nu al erg onder het verdwijnen van jongeren, zelfs zonder dat onze burgeropa zich gedraagt als de burgemeester van een stadje in de Bible Belt. Wij moeten dringend deze tendens keren. Brugge moet een open jonge stad worden als ze verder een toekomst wil hebben.” Benny Claeysier, Groen-kandidaat en organisator bij Kunstencentrum De Werf en uitvoerend producent bij het huislabel W.E.R.F.. Actief in de raad van bestuur van het Gentse bookingskantoor/label voor wereldmuziek Zephyrus. Sammy Roelant, voorzitter en lijsttrekker Groen Brugge