Open ruimte getackled?

08 Januari 2017

Betonstop? Alhoewel de Vlaamse Regering en meer in het bijzonder minister Schauvliege, naar aanleiding van de goedkeuring van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen, pleitten voor een betonstop en een behoud van open ruimte, is in ieder geval bij de voorlopige vaststelling van het GRUP die keuze niet gemaakt. Wel integendeel. Lessen werden niet getrokken uit het arrest van de Raad van State van 20 september 2013, dat een aantal deelplannen van het vorige GRUP vernietigde. Wel worden de drie locaties, die door het vorig plan-MER in overweging werden genomen voor het stadion én voor de bedrijventerreinen, opnieuw uit de kast gehaald en opniéuw wordt de Chartreuse eraan toegevoegd. Maar het blijft daar niet bij: ook de terreinen van Sint-Elooi in Zedelgem worden bv. bij wijze van pasmunt als bedrijventerrein aangesneden. De nood aan bijkomende bedrijventerreinen/kantorenzone voor Brugge en Zedelgem werd echter niet of toch onvoldoende onderzocht. Groen pleit nochtans reeds jaar en dag voor het opstellen van een actuele inventaris van onderbenutte en leegstaande bedrijventerreinen en bedrijfsgebouwen voor de regio Brugge. Zie bv. nog ons persbericht van enkele jaren geleden (de grootte van de meeste cijfers is in elk geval nog actueel): http://www.groenbrugge.be/nl/blogs/i/337 Klimaattoets Wat de heropstelling van het nieuwe plan-MER betreft, betreurt Groen ten zeerste dat er geen klimaattoets en biodiversiteitstoets wordt gemaakt, en dat de site Jan Breydel, onmiddellijk als niet-redelijk alternatief van de hand wordt gewezen, vooral omwille van de mobiliteitsoverlast naar de omliggende woonbuurt vanSint-Andries.(op de gemeenteraad van Brugge legden we zo'n groen- of klimaattoets trouwens ook reeds meermaals op tafel: http://www.groenbrugge.be/nl/blogs/i/580) De Europese Richtlijn i.v.m. MER-rapportage schrijft voor dat vanaf 16 mei 2017 een MER aandacht moet besteden aan de klimaattoets en biodiversiteit en ook de afweging van redelijke alternatieven grondig moet gemotiveerd worden. Dit is alvast niet of op onvoldoende wijze gebeurd in het huidige hernomen plan-MER. Bedrijventerreinen en landbouwgronden De beoogde taakstelling en motivering van het aanbodbeleid voor bijkomende bedrijventerreinen in het GRUP is onduidelijk. De link met de oorspronkelijke (of aangepaste) taakstelling inzake bedrijvigheid wordt in ieder geval niet gelegd: * Toelichtingsnota RUP “Afbakening regionaalstedelijk gebied Brugge”, pg.150: “Door de ontwikkeling van de Spie (42 ha) en Blauwe Toren (15 ha), in totaal bijna 60 ha (57 ha), die ofwel wordt voorzien in het RUP of reeds is goedgekeurd in het BPA Blauwe Toren, wordt de taakstelling 45 ha ruim gehaald en de taakstelling wordt zelfs met 12 ha overschreden. Volgens de ruimtebalans neemt de oppervlakte agrarisch gebied in het plangebied af met maar liefst 214 ha, de oppervlakte industriegebied stijgt met 114 ha. Groen is van oordeel dat in het ontwerp van GRUP heel wat kansen om zuinig om te springen met de ruimte niet benut worden. We verwijzen naar de algemene doelstelling van het ruimtelijk beleid in het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen, waarbij als hoofdprincipe voor de ruimtelijke ontwikkeling “meer doen met minder ruimte” wordt vooropgesteld. Doel is het ruimtelijk rendement te verhogen met een zorgvuldig en duurzaam ruimtegebruik via intensivering, verweving, hergebruik en tijdelijk ruimtegebruik. Het voorzien van twee voetbalstadions binnen het regionaalstedelijk gebied Brugge voldoet niet aan de doelstelling om het ruimtelijk rendement te verhogen. Daarbij gaan belangrijke vruchtbare landbouwgronden aan de Blankenbergsesteenweg verloren. Die zouden nochtans kunnen dienen voor een duurzame voedselvoorziening, in het kader van de korte keten. Enkele voordelen daarvan, door Vlaanderen zelf meegegeven: een eerlijkere prijs voor producent en consument, meer zekerheid over afzet en inkomen, kansen voor bedrijven in en nabij verstedelijkt gebied, vers en kwaliteitsvol voedsel dicht bij huis, beperking van transportkilometers, minder verpakkingsafval en beperking van energieverbruik. Historisch permanente en beschermde graslanden In de Spie gaan waardevolle historische poldergraslanden , die door de Vlaamse Regering een jaar eerder als 'zeker te behouden' werden omschreven, verloren. In ieder geval geeft de Vlaamse Regering geen gegronde motivatie van “dwingend karakter” voor de omzetting van deze historisch permanente graslanden. Zeker 10 ha van deze belangrijke poldergraslanden zullen door de invulling van de Spie alleen al voor de bijl gaan. Bovendien zal er een melding moeten gebeuren aan de Europese Commissie. Een schrapping zonder compensatie tast het evenwicht tussen natuur en bedrijvenzones aan . Groen dringt dan ook aan op een passende compensatie, mocht de schrapping van deze poldergraslanden toch doorgevoerd worden. Er mag ook niet uit het oog verloren worden, dat deze historisch permanente graslanden een bufferend effect op het water en een klimaatregulerend karakter hebben. De waterhuishouding in het deelgebied ís al bedenkelijk. De Vlaamse Regering getuigt op deze manier van een ad hoc-beleid, zonder langetermijnvisie en met complete miskenning van haar eerder genomen beslissingen. Dit werd ook reeds aangeklaagd door Groen-parlementslid Bart Caron, samen met Wilfried Vandaele (N-VA - helaas blijkt de rest van zijn partij minder overtuigd): http://www.vilt.be/poldergraslanden-zijn-geen-politiek-spel Voor de Spie is ook niet voorzien in de verplichting van een gemeenschappelijk parkeeraanbod. Gelaagd parkeren moet op bindende wijze opgenomen worden in de stedenbouwkundige voorschriften. Dit komt een meer efficiënt en verdicht ruimtegebruik ten goede. Blankenbergse Dijk en Sint-Elooi De Blankenbergse Dijk en het recreatiegebied willen we dan weer integraal vrijwaren en de landschappelijke visuele buffer moet dan ook voorzien worden op het bedrijventerrein en niet op het recreatiedomein. Bij de herbestemming van het deelgebied Sint-Elooi naar gemengd regionaal bedrijventerrein wijzen we op het ontbreken van de onderbouwing voor de behoefte inzake bijkomende bedrijventerreinen in het regionaalstedelijk gebied Brugge. Opnieuw is er het significant negatief effect van aansnijden van open ruimte. Er is bovendien de belangrijke problematiek van de waterhuishouding, naast manifest negatieve mobiliteitseffecten, die blijkbaar enkel door een nieuwe omleidingsweg kunnen worden opgelost: dus opnieuw bijkomend beton. We dringen aan op een efficiënt ruimtegebruik en op gelaagd of gedeeld parkeren. Bovendien vragen we ook aandacht voor de aanwezige fauna en flora, nl de vogel- en vleermuispopulaties die nu aanwezig zijn en door de inplanting van dit bijkomend bedrijventerrein in belangrijke mate zullen worden gestoord. Voetbalstadion aan de Blankenbergse steenweg, redelijk alternatief ? Groen is van oordeel dat het negatief effect van aantasting van open ruimte door een nieuw stadion, zwaarder zal wegen dan het negatief effect van de mobiliteit in de woonzone van de site Jan Breydel. De open ruimte die aangesneden wordt in het Noorden van Brugge kan niet gecompenseerd worden, het mobiliteitsprobleem in Sint-Andries kan wel aangepakt worden. Marcel Smets, één van de vorige Vlaamse Bouwmeesters, heeft een aanpassing van het Jan Breydelstadion als structureel perfect haalbaar omschreven. De parkeervoorzieningen in het kader van Euro 2000 bewezen dat de mobiliteitseffecten in de woonzone van Sint-Andries aanvaardbaar kunnen worden gehouden, mits voorzien van voldoende randparkings en shuttlediensten. Ook zijn er rond Jan Breydel veel uitvalswegen en openbaarvervoersoplossingen mogelijk. Een stadion voor 2 nationale voetbalclubs is perfect haalbaar. Ook in andere landen voetballen concurrerende voetbalclubs in hetzelfde stadion (zoals in de Allianz Arena in München). Op die manier kan de schaarse open ruimte in het noorden van Brugge perfect gevrijwaard worden en moet de voetbalsupporter zich niet persen tussen het verkeer voor B-park, de bedrijventerreinen in het noorden van Brugge en het kust- en havenverkeer. Er is geen sluitende motivatie om de site Jan Breydel onmiddellijk als niet redelijk alternatief van de hand te wijzen. Voor het nieuwe voetbalstadion Club Brugge wordt bovendien enkel uitgegaan van een monofunctionele invulling. Er wordt niet voorzien in een verwevenheid van functies (onder meer kantoren). Er moet ook hier zuinig worden omgegaan met de ruimte en het maximaal delen van parkeergelegenheid met de omliggende bedrijventerreinen is aangewezen. De locatie van het nieuw stadion is volledig op maat van Koning Auto en is minder goed bereikbaar met het openbaar vervoer. Het autoverkeer van en naar het stadion zorgt in samenloop met het al aanwezige verkeer, van en naar de kust, van en naar de haven, van de bestaande bedrijventerreinen en de commerciële functies, voor bijkomende mobiliteitsproblemen. De ontsluiting en bereikbaarheid met openbaar vervoer is niet duidelijk uitgewerkt. Er worden vage beloftes voor een “fly-over” over de expressweg N31 en zelfs de inplanting van een “evenementenstation” gedaan. Dit tast het rechtszekerheidsbeginsel van toepassing in ruimtelijke planning aan en is dus geen voorbeeld van goede ruimtelijke ordening. Door nu niet reeds te voorzien in een sluitend plan en realisatie van openbaar vervoer, gaat het GRUP ook hier in tegen de klimaattoets die door Europa binnenkort wordt opgelegd. Kantoorgebouwen aan de Chartreuse Alsof het voorgaande nog niet volstaat, en na het vrijwaren van Chartreuse van de eerder voorgestelde inplanting van het voetbalstadion aldaar, plant men ook nog ruimte voor kantoorgebouwen in het waardevolle Chartreuse-gebied. Het belangrijk negatief effect van aantasting van open ruimte en de groene gordel rond Brugge kan niet worden gemilderd. Bovendien is de nood aan een belangrijke kantorenzone op geen enkele manier bewezen. Heel wat kantoorgebouwen in en rond Brugge staan leeg of worden onderbenut (we hebben eerder berekend dat zeker minimaal 40 ha niet wordt gebruikt of onderbenut is). In haar arrest van 2013 heeft de Raad van State uitdrukkelijk gewezen op het behoud van de groene gordel rond Brugge. Door opnieuw een kantorenzone op die locatie in te plannen, gaat de Vlaamse Regering eigenlijk in tegen het arrest. Opnieuw is onvoldoende ingezet op ruimtelijk rendement. De functie van kantoorlocatie kan perfect geïntegreerd worden in een multifunctioneel stadion. Het plan-MER formuleert bovendien voor dit deelgebied een significant negatief effect voor : - mobiliteit (doorstroming), - bodem (profielwijziging), - oppervlaktewater, - fauna en flora (ecotoopinname, verstoring van fourageergebied voor de ingekorfde vleermuis, versnippering van natuurverwevingsgebied, wijziging hydrologie, waterproblematiek van de Kerkebeek), -landschap en ruimtegebruik. De locatie van kantoren komt te liggen in een gebied met een belangrijke overstromingsproblematiek. De bijkomende verharding zorgt nog voor meer waterproblemen , die zelfs door de aanpak van de al bestaande overstromingsproblematiek niet kunnen weggewerkt worden. De verstening van de groene gordel rond Brugge en het dichtslibben van verstedelijkte gebieden, is voor Groen absoluut onaanvaardbaar. We verwijzen naar het richtinggevend deel van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen waar de nadruk ligt op de ontwikkeling van kantoren aan knooppunten van openbaar vervoer. Het is een locatie die niet bereikbaar is met het openbaar vervoer en er is geen enkel concreet initiatief voor de ontwikkeling ervan. Ook hier bieden de stedenbouwkundige voorschriften voor ontsluiting en openbaar vervoer geen enkele zekerheid. Gelaagd parkeren is hier evenmin voorzien. Bezwaarschrift Door Groen Brugge en Groen Zedelgem, gesteund door Groen Knokke-Heist en Groen Blankenberge, zal nu een bezwaarschrift ingediend worden in het kader van het openbaar onderzoek GRUP, lopende van 13 december 2016 tot 10 februari 2017. Wij eisen een volwaardige onderbouwing van de behoeften voor bijkomende bedrijvigheid en verzetten ons tegen de inname van open ruimte, de aantasting van de Groene Gordel aan de Chartreuse en het totaal gebrek aan duurzaam ruimtegebruik. De aantasting van de vastgelegde historisch permanente graslanden in de Spie en aan de Blankenbergesteenweg is onaanvaardbaar. We betreuren bovendien dat een herinrichting van het bestaande stadion als niet-redelijk alternatief zonder veel motivering werd afgewezen. We dringen er in elk geval ook op aan dat, bij realisatie van het GRUP, alle flankerende en milderende maatregelen voor het voetbalstadion aan de Blankenberge steenweg, en voor de bedrijventerreinen aan de Blankenbergse steenweg, Chartreuse, de Spie en St-Elooi in Zedelgem , worden uitgevoerd. Opmerkingen of bezwaren tot 10 februari 2017 schriftelijk in te dienen tegen ontvangstbewijs bij één van de betrokken gemeentebesturen of per brief aangetekend versturen naar de Vlaamse Regering, Ruimte Vlaanderen, Koning Albert II-laan 19, bus 16, 1210 Brussel.